Waar zijn de mannen?

Tel hierbij de honderden mannen die dienen in het Belgische leger, of die gevlucht zijn naar Nederland, Groot-Brittannië en Frankrijk, en het is duidelijk dat het bevolkingsprofiel van de stad drastisch veranderde.

 

 

Ik ben ontvlucht geweest in de maand juni 1917. In Enghien ben ik door Duitse soldaten aan-gehouden geweest, daarvoor heb ik tien dagen gevangenis opgelopen. Tijdens mijn ballingschap heb ik veel te lijden gehad van honger en mishandelingen.

Die mishandelingen, stokslagen en schoppen zijn mij toe-gebracht geweest door de soldaat Otto Stutsman. Ik heb drie maanden in Avennes (Frankrijk) in het Burgerlijk hospitaal ter verpleging geweest, ten gevolge der mishandelingen (in de lenden).

— Camiel B.

 

 

 

In de verklaringen van de weggevoerden vindt Dirk Meert dat bijna één op vier uit het werkkamp ontvlucht – of dat op zijn minst probeert : Camiel B. (26/06/1896), tabakbewerker, De Gheeststraat 13.

Wie op de vlucht aangehouden werd, kreeg daarvoor een gevangenisstraf. Anderen konden hun thuisstad bereiken en leefden ondergedoken voor de rest van de oorlog.

Andere verhalen